Op de foto zie je het gebouw De Waag in Amsterdam. Bartelt woonde met zijn gezin om de hoek. En Rembrandt woonde ook in de buurt. Misschien zijn ze elkaar wel tegen gekomen op straat. Wat zullen de schilders zeker niet gezien hebben bij de Waag?

Trek een verticale lijn met potlood door het midden. Daarna een horizontale lijn op een derde van het papier. Teken een ovaal rond het snijpunt. Dat is de opening van je vaas. Teken daarna met een streepje de bodem van je vaas en trek de lijnen sierlijk omhoog naar de ovaal.

Omlijn met groen, rood of blauw krijt jouw vaasvorm.

Aan niet te zacht krijt kun je een punt slijpen met een puntenslijper. Dan kun je scherpe lijntjes maken.

Wanneer je genoeg bloemen hebt getekend begin dan aan de stengels en bladeren. Gebruik  sierlijke lijnen zodat alles lijkt te groeien en te bloeien.

Als je klaar bent met jouw boeket vul de vaas met een beetje blauw. Dat is water en daardoor blijven jouw bloemen lekker fris.

Neem wat afstand en bekijk je kunstwerk. Misschien kan je hier en daar nog wat kleuraccenten plaatsen.

Teken wat onbekende insecten op papier. Knip ze uit en plak ze onopvallend tussen jouw bloemen

Je bloemenstilleven is vast heel kleurrijk geworden. In Japan en China zijn ze dol op bloemen. Daar worden ze al eeuwenlang in inkt getekend, hun favoriete materiaal. Maar de inkt is meestal zwart. Probeer een zo levendig mogelijk boeket te tekenen met vloeibare  inkt.

Begin weer met een vaas in potlood en trek hem over met inkt.

Teken de contouren van de bloemen en bladeren met potlood. Probeer de bloemen op een goede plek te zetten zodat ze goed zichtbaar zijn. Teken daarna over met inkt.

Dit ziet er moeilijk uit maar het valt best mee. Gewoon doorzetten. Lekker tekenen en denk aan alle details. En natuurlijk niet knoeien met inktvlekken op je tekening

Laat sommige blaadjes en bloemen terugkijken!